Carpaal tunnel syndroom
Carpaal tunnel syndroom is druk op een zenuw in je pols. Het veroorzaakt tintelingen, gevoelloosheid en pijn in uw hand en vingers. U kunt het vaak zelf behandelen, maar het kan maanden duren voordat het beter gaat.
Controleer of je carpaal tunnel syndroom hebt
De symptomen van carpaal tunnel syndroom zijn onder andere:
- pijn in uw vingers, hand of arm
- gevoelloze handen
- gevoel van tintelingen of pinnen en naalden
- een zwakke duim of moeilijkheden om vast te grijpen
Deze symptomen beginnen vaak langzaam en komen en gaan. Ze zijn meestal ’s nachts erger.
Hoe behandel je zelf het carpaal tunnel syndroom
Carpaal tunnel syndroom gaat soms vanzelf over een paar maanden beter, vooral als je het hebt omdat je zwanger bent.
Draag een polsspalk
Een polsspalk is iets dat je om je hand draagt om je pols recht te houden. Het helpt de druk op de zenuw te verlichten.
Je draagt hem ’s nachts terwijl je slaapt. Je moet een spalk minstens 4 weken dragen voordat het beter begint te voelen. Polsspalken kun je online of bij de apotheek kopen.
Stoppen of minderen met dingen die de oorzaak kunnen zijn
Stop of verminder alles waardoor u uw pols vaak moet buigen of een harde greep moet hebben, zoals het gebruik van trillende gereedschappen voor het werk of het bespelen van een instrument.
Pijnstillers
Pijnstillers zoals paracetamol of ibuprofen kunnen op korte termijn helpen tegen carpaal tunnel syndroom. Maar er is weinig bewijs dat deze medicijnen de oorzaak van het carpaal tunnel syndroom kunnen behandelen, dus het is belangrijk om er niet op te vertrouwen.
Hand oefeningen
Er is een kleine hoeveelheid bewijs dat handoefeningen helpen de symptomen van carpaal tunnel syndroom te verlichten.
Ga naar de huisarts als:
- uw symptomen verergeren of niet weg gaan
- behandeling thuis niet werkt
Wat gebeurt er tijdens uw afspraak?
Een huisarts kan meestal de diagnose carpaal tunnel syndroom stellen door te vragen naar uw klachten en uw hand te controleren. Als hij niet zeker weet of het om het carpaal tunnel syndroom gaat, kan hij u doorverwijzen naar het ziekenhuis voor onderzoek, bijvoorbeeld voor een echografie.
Behandeling van het carpaal tunnel syndroom door de huisarts
Als een polsspalk niet helpt, kan de huisarts een steroïdeninjectie in uw pols adviseren. Dit vermindert de zwelling rond de zenuw, waardoor de klachten van het carpaal tunnel syndroom afnemen. Steroïde-injecties zijn niet altijd een remedie. Het carpale tunnelsyndroom kan na een paar maanden terugkomen en dan kan een nieuwe injectie nodig zijn.
Handwortel tunnelsyndroom operatie
Als uw carpaletunnelsyndroom verergert en andere behandelingen niet werken, kan de huisarts u doorverwijzen naar een specialist om een operatie te bespreken. Een operatie geneest meestal het carpaal tunnel syndroom. U beslist samen met uw specialist of het voor u de juiste behandeling is. Met een injectie wordt uw pols verdoofd zodat u geen pijn voelt (plaatselijke verdoving) en er wordt een sneetje in uw hand gemaakt. De carpale tunnel in uw pols wordt doorgesneden zodat deze niet langer druk uitoefent op de zenuw. De operatie duurt ongeveer 20 minuten en u hoeft niet een nacht in het ziekenhuis te blijven. Na de operatie kan het een maand duren voordat u uw normale activiteiten weer kunt oppakken.
Wat veroorzaakt het carpaal tunnel syndroom
Carpaal tunnel syndroom ontstaat wanneer de carpale tunnel in je pols opzwelt en 1 van je zenuwen (nervus medianus) afknelt. Je loopt meer risico als je:
- overgewicht hebt
- zwanger bent
- werk of hobby’s hebt waarbij u uw pols herhaaldelijk moet buigen of hard moet grijpen, zoals bij het gebruik van trillende gereedschappen
- een andere ziekte hebt, zoals artritis of diabetes
- een ouder, broer of zus heeft met carpaal tunnel syndroom
- eerder uw pols geblesseerd hebt